Voor eerdere diensten klik hier:

Zondag 10 na Trinitatis 8-10-23 in de Lutherse kerk te Leerdam 


Organist:  Ina Mostert

Voorzang: Jakkenanna van Dijk en Willen van Eijk

Voorbereiding

Stilte

voorspel Drei Pastorell-Arien v. Frater Marianus Königsperger 1708 – 1769


Afkondigingen en aansteken van de kaarsen.

Wij zijn hier aanwezig in de Naam van de Vader
en de Zoon en de Heilige Geest.    
Amen

Onze Hulp is in de Naam van de Heer    
die hemel en aarde gemaakt heeft.

Schuldbelijdenis:

Heer vergeef ons al wat wij misdeden.

En laat ons weer in vrede leven.
Amen.

Zo lief had God deze wereld, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, 
opdat ieder die in Hem gelooft aan het verderf ontkomt, en eeuwig leven hebben mag!



Introïtus
Antifoon  
Psalm: En de psalm luidt: ps55:2- 9
2 Luister, God, naar mijn gebed,
verberg u niet als ik om hulp smeek,
3 sla acht op mij en geef mij antwoord.
Klagend loop ik rond, radeloos

4 door het schreeuwen van de vijand
en het tieren van de goddelozen,
want zij storten onheil over mij uit
en bestoken mij met hun woede.

5 Mijn hart krimpt in mijn binnenste,
doodsangst heeft mij bevangen,
6 vrees en beven grijpen mij aan,
ik huiver over heel mijn lichaam.

7 Had ik vleugels als een duif,
ik zou opvliegen en neerstrijken,
8 ver, ver weg zou ik vluchten,
overnachten in de woestijn,
9 haastig beschutting zoeken
tegen de vlagen van de stormwind.


A: Nogmaals de Antifoon

Kyrië en Gloria
Laten we de Heer aanroepen om ontferming met de nood van deze wereld
- die is voor ons vaak te groot om aan te kunnen -
maar laten wij dan tóch ook Zijn Naam prijzen,
omdat we weten dat er aan Zijn barmhartigheid geen einde komt!

 

Dienst van het Woord
Salutatio (groet)

 

Zondagsgebed
Heer God, wil ons ook vandaag door Uw Heilige Geest leren hoe wij U kunnen dienen 
en hoe wij U in geloof en vertrouwen steeds nader kunnen komen, door Jezus Christus onze Heer. Amen.

Lezing uit het Oude Testament: 
Jona 2: -11 (Jona betekent duif!)

U kent het verhaal: de profeet Jona wordt gestuurd naar de grote concurrent Nineve, met de mededeling dat ze zich moeten bekeren, want anders gaat het heel erg mis.
Nu wil Jona eigenlijk niets liever dan dat het heel erg mis gaat met Nineve, dus hij probeert onder deze opdracht uit te komen. (Nineve was voor Jeruzalem wat Moskou nu is voor Kyiev!) Jona boekt een cruise op zee, maar het zit niet mee: er komt storm en alles zit op zo’n manier tegen, dat de bemanning het niet vertrouwt. Daar moet iets achter zitten.  
Jona biecht op dat hij daar illegaal zit, al heeft hij wel voor de overtocht betaald. Zijn God had hem ergens anders heen gestuurd.
En dan wordt hij overboord gezet. We lezen verder:

17  (2:1) De HEER liet Jona opslokken door een grote vis. Drie dagen en drie nachten zat Jona in de buik van de vis.

1  (2:2) Toen begon Jona vanuit de buik van de vis tot de HEER, zijn God, te bidden:

2  (2:3) ‘In mijn nood roep ik de HEER aan
en Hij antwoordt mij.
Uit het rijk van de dood schreeuw ik om hulp
U hoort mijn stem! Ps 120:1
3  (2:4) U slingerde mij de diepte in, naar het hart van de zee. Door kolkend water ben ik omgeven,
zwaar slaan Uw hoge golven over mij heen. ps 42:8
4  (2:5) Ik zei (bij mijzelf): Verstoten ben ik, verbannen uit Uw ogen. ps
 31:23        
Zal ik ooit opnieuw Uw heilige tempel aanschouwen?

5  (2:6) Het water bedreigt mijn leven,
muren van water kolken om mij heen,
zeewier om mijn hoofd verstrikt mij.
6  (2:7) Ik zink tot de bodem, vanwaar de bergen oprijzen, naar het land waar ik voor vlucht.
Maar U trekt mij levend uit de dood omhoog,
o HEER, mijn God! Psalm 103:4                  
7  (2:8) Nu mijn levensadem mij verlaat roep ik U aan, HEER, en mijn gebed komt tot U in Uw heilige Tempel. Psalm 142: 2-4

8  (2:9) Zij die armzalige afgoden vereren,
verlaten U, Getrouwe
. Psalm 31: 7

9  (2:10) Maar ik zal mijn stem in dank verheffen
en U offers brengen; mijn geloften los ik in.
Het is de HEER die redt!’ Psalm 50: 14

10 (2:11) De HEER sprak en de vis spuwde Jona uit op het droge land.


… Toen ging Jona naar Ninevé,
… en Ninevé bekeerde zich!
We zingen  met Jona ons Gradualelied 155
 A: 1-2 V3 A4 V5 A6-7 V8 A9 (3,5,8 Voorzang!)


Epistel: Romeinen 9: 1 - 5
In het hoofdstuk ervoor legt Paulus uit dat wij leven door de Geest van Christus, en dat niets ons van Hem kan scheiden… nee, niets zal ons kunnen scheiden van de liefde van God, die Hij ons gegeven heeft in Christus Jezus, onze Heer.
Maar dan gaat Paulus verder en schrijft:

1 Omdat ik één ben met Christus spreek ik de waarheid, en mijn geweten, geleid door de Heilige Geest, is mijn getuige dat ik niet lieg:
2 ik ben diepbedroefd en word voortdurend door verdriet gekweld.
3 Omwille van mijn volksgenoten, de broeders en zusters met wie ik mijn afkomst deel, zou ik (bijna) bidden zelf vervloekt te worden en van Christus gescheiden te zijn;
4 omwille van hen, de Israëlieten, die God als Zijn kinderen heeft aangenomen en aan wie Hij Zijn nabijheid, de Verbonden, de Wet, de tempeldienst
    en de beloften heeft geschonken;
5 omwille van het volk dat van de aartsvaders afstamt en waaruit Christus is voortgekomen. (Zucht)
God, die boven alles verheven is, zij geprezen tot in eeuwigheid. Amen.

Allen gaan staan
Psalmwoord : voorzang:


A:


Lied: 796

Het Heilig Evangelie staat geschreven bij:Mattheüs 14: 22 - 33
Johannes de Doper, familie van Jezus, is omgebracht. Als Jezus dat hoort, gaat Hij weg, naar afgelegen plekken, maar ook daar volgen de mensen Hem, en Hij voedt ze naar lichaam en geest: de eerste wonderbaarlijke vermenigvuldiging van brood en vis.
Het verhaal gaat hier verder:
22  Meteen daarna gelastte Hij de leerlingen in de boot te stappen en alvast vooruit te gaan naar de overkant, Hij zou ook komen nadat Hij de mensen had weggestuurd.
23  Toen Hij hen weggestuurd had, ging Hij de berg op, om er in afzondering te bidden.    
De nacht viel, en Hij was daar helemaal alleen.
24  De boot was intussen al vele stadiën van de vaste wal verwijderd en werd, als gevolg van de tegenwind, door de golven geteisterd.
25  Tegen het einde van de nacht kwam Hij naar hen toe, lopend over het meer.
26  Toen de leerlingen Hem op het meer zagen lopen, raakten ze in paniek. Ze riepen: ‘Een spook!’ en schreeuwden het uit van angst.
27  Meteen sprak Jezus hen aan: ‘Blijf kalm! Ik Ben (het), wees niet bang!’
28  Petrus antwoordde: ‘Heer, als U het bent, zeg me dan dat ik over het water naar U toe moet komen.’
29  Hij zei: “Kom!” Petrus stapte uit de boot en liep over het water naar Jezus toe.
30  Maar toen hij (voelde) zag hoe sterk de wind was, werd hij bang. Hij begon te zinken en schreeuwde het uit:       
Heer, red me!’

31  Meteen strekte Jezus zijn hand uit, Hij greep hem vast en zei: ‘Kleingelovige, waarom heb je getwijfeld?’
32  Toen ze in de boot stapten, ging de wind liggen.
33  In de boot bogen de anderen zich voor Hem neer en zeiden: ‘U bent werkelijk Gods Zoon!’

Zalig die het Woord van God horen en er gehoor aan geven!


Credo
In antwoord op Gods woord willen wij ons geloof belijden door samen met E. Schillebeeckxs te zeggen:

Ik geloof in God, de Vader: de almacht van de Liefde.
Hij is de schepper van hemel en aarde;
van heel deze ruimte met al zijn geheimen;
van heel deze wereld waarop wij leven.

Hij kent ons van eeuwigheid,
nooit vergeet Hij dat wij uit het stof van de aarde gemaakt zijn.

En ik geloof in Jezus Christus,
de eniggeboren Zoon van God,
vóór alle tijd uit de Vader geboren.

Hij heeft, uit liefde voor ons,
willen delen in onze geschiedenis, ons bestaan.
Ik geloof dat God ook op menselijke wijze
God-voor-ons heeft willen zijn.

Ja, Hij heeft als mens onder ons gewoond,
een licht dat scheen in de duisternis.
Maar de duisternis heeft Hem niet begrepen.
Wij hebben Hem aan het kruis geslagen,
en Hij is gestorven en begraven.
Maar Hij vertrouwde op Gods laatste woord, en Hij is verrezen,
zeggend dat Hij ons een plaats zal bereiden
in het huis van Zijn Vader - waar Hij nu woont.

En ik geloof in de Heilige Geest,
die Heer is en het leven geeft.
Wanneer er profeten onder ons zijn
is Hij het die hun vuur geeft en taal.


Ik geloof dat mensen samen op weg zijn,
pelgrims, geroepen uit de verstrooiing
om één heilig volk van God te worden.

Want ik belijd de bevrijding uit zonden
en kracht tot liefde.

En ik geloof in het eeuwig leven,
in de liefde die sterker is dan de dood.

Een nieuwe hemel en een nieuwe aarde.

Ik geloof dat ik hopen mag
op een leven met God en met elkaar - tot in eeuwigheid;
Glorie voor God, en voor mensen vrede.
Amen.
Allen gaan zitten.
Preek
Genade zij u en vrede van God onze Vader en van Jezus Christus, onze Heer, door de Heilige Geest.

Lieve mensen, mensen van God, mensen van hier.

Er is heel veel angst en pijn en nood in de lezingen vandaag!
Jona, Gods vredesduif, zal de nood van Ninevé worst wezen, en daardoor komt hijzelf in de grootst mogelijke nood. Hij schreeuwt het (na drie dagen!) uit in zijn gebed, maar die beeldende roep om hulp zit verpakt in aanhalingen van psalmen
Vermetel vertrouwen? Aan de ene kant wanhoop: dit kan nooit meer goed komen, aan de andere kant geven de psalmen hem een sprankje hoop.
Een handvat om met de situatie om te gaan.
En om met God om te gaan, ondanks zijn eigen zondige ingaan tegen zijn opdracht.

Paulus had hiervoor geschreven aan de gemeente in Rome, dat niets ons kan scheiden van Gods liefde, van de Heilige Geest.
Maar… even lijkt het er op dat hij nog meer houdt van zijn landgenoten, van zijn bloedsbroeders, dan van Jezus, dan van God in de Hemel, dan van zichzelf. Hij lijkt bereid te zijn om vrijwillig afstand te doen van leven in eeuwigheid, leven in Gods Liefde! Uit liefde wil hij dat!
En ik denk dat veel ouders dat herkennen, als ze zien hoe hun eigen kinderen liever zonder God en gebod verder gaan. Je zou alles voor hen over hebben… Dit doet zo pijn!!!
En tochPaulus kan zich niet losmaken van Jezus!
Ze zijn één, schrijft hij immers… Hij looft God. God, die boven alles verheven is, zij geprezen tot in eeuwigheid. Amen.

Ook Jezus lijdt. Hij heeft gehoord dat zijn neef Johannes is vermoord. Johannes, die door preken en dopen zoveel mensen dichter terug bracht bij de Aanwezige in de Hemel.
Terwijl Jezus rouwt, trekken de mensen aan Hem.
Hij gééft hen Zijn tijd, Zijn aandacht, heling en heil, brood voor alledag en voor de eeuwigheid, maar Zelf heeft Hij ook behoeften.

Hij
gaat de berg op om dicht bij Zijn Vader in de Hemel te zijn, en op veilige afstand van de wereld die aan Hem trekt.
Hij moet Zijn pijn en Zijn verdriet ook kwijt, en dat kan Hij alleen bij de Enige aan Wie Hij alles kan vertellen, bij de Enige die Hem weer op kan laden voor het Werk dat Hij moet en mag doen

Dan loopt Hij terug, en Hij neemt de kortste weg…
De weg over de waterdiepten, die voor de mensen die er over varen lévensgevaarlijk zijn, die de grootst mogelijke tegenstelling vormen tot de Heer in de Hemel. En dat in het holst van de nacht.
Op het moment dat het het aller-donkerst is.

De leerlingen schrikken zich bijna dood.
Zie je wel, het spook uit de diepte komt ze halen!
Het monster uit de waterdiepten dat omhoog komt en je opslokt als Jona!

Ze kennen de verhalen van kinds af aan!
Jezus is al dichtbij als ze Hem kunnen horen roepen: “Houd moed, Ik Ben (het), wees niet bang”.
In het Grieks zegt Hij: 
γώ εμι:  … Dat is iets anders dan ‘Ik ben het’, het is IK BEN. Dat is de Godsnaam. Waar Hij is, is de Aanwezige Zelf.

Petrus vat moed, hij zegt óvermoedig:  Heer, als U het bent, zeg me dan dat ik over het water naar U toe moet komen.’ En Jezus zegt: “Kom!”
Geloofsdronken stapt Petrus overboord, en loopt hij met stralende ogen op Jezus af.
Zo lang hij dat doet, gaat het goed.
Maar de wind giert nog steeds, en slaat de hoge golven tegen hem aan, en zodra Petrus zijn aandacht daardoor af laat leiden, zodra hij omlaag kijkt, gaat het mis. Hij zinkt, hij wordt naar beneden getrokken door zijn oude angsten, en hij heeft nog maar één uitweg: hij schreeuwt het uit!
Heer, help me!’

“Wat is jullie geloof toch klein” zucht de Heer, en Hij trekt Petrus omhoog.
Samen klimmen ze aan boord, en dan pas legt Zijn aanwezigheid de wind en het water Gods wil op.

Had Hij dat niet eerder kunnen doen, toen Hij nog naar hen toe kwam, over het water, en Hij zag hoe ze moeizaam aan het tobben waren, nog voor ze Hem zagen?

Vaak vinden wij dat de Heilige in de Hemel dat eigenlijk wel zou moeten doen. Als Hij echt van ons hield, zou Hij ons die angst niet aanjagen, toch?
Als Hij echt van Zijn kinderen houdt, voorkomt Hij toch wel al die stress, die pijn, die benauwdheid, die angst!!!
O ja?
Dan hadden we deze mooie verhalen ook niet gehad, verhalen die ons moed inspreken, als het leven zwaar en moeilijk is.
Dan was de boodschap van Jona niet zo binnen gekomen, in Ninevé, omdat die niet uit zijn hart kwam… 9
Dankzij de zangers van
Psalmen, vertellers van Verhalen, schrijvers van Gedichten, kunnen wij de  moed vinden om te bidden, te danken, te doen!
Door die moed groeien we tot volwassen mensen, blijven we geen kinderen, geen hulpeloze wezens.

God
ziet ons graag opgroeien tot sterke mensen, die het beste eruit halen, dat het leven biedt.
Hij wil ons graag zien als mensen waar Hij respect voor kan hebben, net zoals Hij graag wil dat wij respect voor Hem hebben.
Geen angst, maar respect.

Dat betekent dat we Zijn wegen gaan.
Vaak lijken dat omwegen.
Maar het doel dat wij voor ogen hebben, is niet altijd het doel dat God voor ogen heeft.
Als dat wél zo is, helpt Hij.
Nee, Hij maakt het ons niet altijd makkelijk,
maar Hij wil wel dat ons leven de moeite waard is.
Dat betekent ook: de moeite waard voor anderen.
Soms moeten we een stap opzij doen, om ruimte te maken voor anderen, of voor de Heilige.
Pas dàn komen we allemaal vooruit.
Jona kwam in Ninevé met de omweg via de vis.
Saulus moest blind worden om Paulus te kunnen worden, en ons op de juiste weg te helpen.
Petrus moest leren tot tien te tellen, voordat hij als haantje-de-voorste de aandacht naar zich toe kon trekken. En vragen om hulp.
Dat moest hij ook leren. Net als wij.
Jezus had makkelijk zoef-zoef opééns in de boot kunnen zitten. Iemand die op het water kan lopen, kan dat natuurlijk ook.
Maar Hij moest laten zien dat Hij sterker is dan alle afgronden van het leven.
Dat waar Hij is, GodZelf aanwezig is.
Dan hoeven we niet bang te zijn.
Maar voordat Hij Zijn definitieve plaats aan Gods rechterzij weer in kan nemen, moet Hij sterven aan dat kruis. Opdat wie in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven hebben mag.

Laten we moed houden, lief hebben, geloven en danken. Ook als het leven moeilijk is. Als we niet begrijpen waarom dingen gaan zoals ze gaan.
Dan zal de Heilige Geest Zelf onze gebeden voor ons zeggen en zingen in Gods hart.
Dan komt het goed.
Wat er ook gebeurt: God houdt van je, van jou, van U, van ons.
Heb vertrouwen en wees niet bang.
Ik Ben ís er. Aanwezig. Hier en nu, en altijd.
Amen!

Ik lees U nog een gedicht van J.W. Schulte Nordholt. Providentia heet dat.  Voorzienigheid.

Providentia
Wij zijn de vissen in het net gevlochten,
zo is het voorbestemd zoals het gaat,
al de vergissingen en het verraad,
het kwaad waarvoor of -tegen is gevochten,
het is als water dat rondom ons staat,
een grote groene duisternis die boven
ons hoofd tot aan de schemerhemel reikt,
waardoor het lied klinkt waar wij God mee loven, want wij geloven dat Hij naar ons kijkt,
dat Hij het is die ons gevangen heeft
en dat Hij eenmaal vissen vleugels geeft.
J.W. Schulte Nordholt

Muziek:
Adagio uit Voluntary III van John Alcock Junior

Dienst van gaven en gebeden

De wereld is wijd en Gods goedheid is groot;
vanuit ons aandeel mogen wij helpen en delen,

nu in de collecte, straks in ons leven van alledag weer op allerlei andere manieren.

Na het gebed over de gaven zingen wij: SdVries78
‘Ontferming heeft God ons toegezegd’
 
Collecte intussen speelt Ina: 

Andante uit Voluntary III van John Alcock Junior
       1. Voor het werk in de eigen gemeente
       2. Voor Ghana
Ghana is een overwegend christelijk land, maar in het noorden vormen christenen een minderheid.
Daarom is het belangrijk dat de kerk hier goede leiders heeft, die niet alleen veel Bijbelkennis hebben, maar ook investeren in contacten met moslims.
Het opleidingscentrum van de Presbyteriaanse Kerk leidt voorgangers, kerkelijk werkers en jeugdleiders hiervoor op.
Daarnaast worden jongeren opgeleid voor een praktisch vak en leren analfabeten lezen en schrijven.


Gebed over de gaven

Heer God, wat wij hebben verdiend, wat wij hebben gekregen, het is alles uit Uw genade.
Daarom kunt U er over beschikken, zoals U kunt beschikken over onze tijd, liefde en aandacht. Wij geven die met liefde aan U en anderen.
Wijs ons in dit alles de juiste weg.
Om Jezus’ wil. Amen.

We zingen een Lied van Sytze de Vries uit de bundel: Tegen het duister. Het eerste vers wordt voor ons gezongen, en 2 – 4 zingen we samen.
78 V:1 A: 2-4
 

Ontferming heeft God toegezegd,
Een nieuwe naam voor wie was zoekgeraakt.
De sterke kent zijn eigen recht,
Maar Hij heeft het verachte groot gemaakt:
Een herder, niet bedacht op eigen baat en macht,
Die weer zijn schapen voeren zal Naar ’t liefelijk dal
Waar eigenwaan heeft afgedaan.

De koningsnaam van David klinkt,
Nu aan een ware herder toegedacht.
Een zoon die vaders psalmen zingt
Gunt aan de liefde alle overmacht.
Waar mensen zijn geknecht
Herneemt God zelf het recht:
Als Hij zich over hen ontfermt Zijn zij beschermd
En wie nog boog Richt Hij omhoog.

Een herder die zijn schapen zoekt,
Bij name noemt en hen met liefde weidt,
Die voor hen uit de ruimte zoekt,
Hen thuis brengt uit hun nacht van eenzaamheid.
Hij zoekt ons overal En brengt ons naar het dal,
Waar ’t lam weer met de leeuw verkeert, De vrede leert
Aan wolf en beer. Lof zij de Heer.         (S. de Vries)

Voorbeden
Laten we danken en bidden:
Heilige God, wij loven en wij danken U voor Uw mooie schepping, en voor Uw liefde voor haar.
Met zorg zien wij hoe de natuur op veel plekken hard achteruit gaat, en we horen dat wij daar zelf schuld aan hebben. Wij bidden U: help ons de juiste keuzes te maken in ons leven, zodat wij niet meer voor onszelf opeisen, niet meer zelf gebruiken dan ons eerlijke deel is, en wij bidden U voor al die mensen en dieren, die het slachtoffer zijn van onze levensstijl. We hoorden dat we vorige week al voorbij het punt kwamen, waar we voor dit jaar al hadden opgebruikt, wat de aarde kan doen terug-groeien. We schrikken daar van, en we vragen ons te vergeven, en ons te helpen om de goede keuzes te maken voor deze wereld, voor andere mensen en dieren, en voor onszelf.
Wij bidden U ook voor allen die voor ons beslissingen moeten nemen, voor regeringen, ook onze regering, de huidige en de toekomstige, voor alle mensen met macht en aanzien, dat U hen leidt door Uw Heilige Geest. Geef hen de wijsheid van Salomo en de mildheid van Jezus.
Wij bidden U in het bijzonder voor allen die de hand hebben in oorlogen, in geweld, in onrust, en in het bijzonder voor mensen en dieren, voor land en natuur die lijden onder de gevolgen daarvan.
Wij maken ons grote zorgen om de kerncentrale in Zaporizia, om de gevolgen van damdoorbraken daarginds en in Noorwegen, van branden over heel de wereld, die ontstaan door droogte en wind.
Wij denken in het bijzonder aan de vele vluchtelingen, het zijn er in heel de wereld meer dan ooit.
Velen proberen te verdienen aan de wanhoop van anderen, en we denken aan de velen die onderweg naar vermeende veiligheid verdrinken of omkomen van honger en dorst. Aan mensen die oplopen tegen prikkeldraad en worden teruggestuurd naar het onleefbare. Zo bidden we ook voor de mensen in Ghana, dat U ook daar helpt om nieuwe kansen, een betere toekomst te scheppen.
Zo bidden wij U:

Trouwe God, dank U wel dat we mogen weten dat U ons hoort, ook als we in de diepste nood zijn, en als we het gevoel hebben, dat er geen redden meer aan is. DankUwel dat we mogen weten dat U er bij bent. Dat U aanwezig bent in alle facetten van ons leven, wat ons ook overkomt.
Geef ons de kracht om onze problemen onder ogen te zien, geef ons wijsheid om te vragen om hulp, waar en wanneer dat nodig is.
Help ons om verder te zien dan ons kleine bestaan, en om uit te zien naar die Toekomst, waar we samen met U mogen genieten van alles waar we nu nog geen weet van hebben, maar waarvan we mogen geloven en vertrouwen, dat het meer en beter en mooier is, dan wij ons hier en nu kunnen voorstellen.
Dank voor Uw Woord, voor liederen en verhalen, voor gedichten en vermaningen, dat U ons daardoor leert om uit te zien naar Uw Rijk, naar de intense ontmoetingen met U.
Zo bidden wij U:

Barmhartige God, wij danken U voor de vrede en veiligheid waarin wij mogen leven, hier in ons eigen kleine land. Er zijn velen die hebben gevochten voor die vrede, hier en in verre oorden.
Met schrik denken we aan de bommen op Nagasaki en Hiroshima! Op 6 augustus 1945 werd de Japanse havenstad Hiroshima gebombardeerd en op 9 augustus de stad Nagasaki. Duizenden kwamen toen om het leven, miljoenen hebben te maken gehad met de gevolgen. Wij bidden U voor hen. Op 15 augustus, komende dinsdag wordt hier de vrede herdacht die in de Oost mensen uit de kampen bevrijdde.
 De melatibloem is voor hen een symbool van schoonheid in de diepste ellende. Voor velen ook een symbool van troost en Uw aanwezigheid. Dank U daarvoor. Geloof heeft veel voor de mensen in de kampen daar betekend.  
In Eritrea zijn deze week 13 christenen na 10 jaar gevangenis vrijgelaten. Een wonder! DankUwel! 
En we bidden voor al Uw kinderen, die waar dan ook, gevangen en vervolgd worden om het geloof.
Zo bidden wij U voor allen: 


Als je kijkt hoeveel je al ontvangen hebt, bid je misschien met meer vertrouwen. En krijg je ook meer.
Daarom bidden wij in stilte voor wat nog meer op ons hart ligt… Zieken, Roelia, alle vacantievierders...
… 
En met Jezus die het ons leerde zeggen we:
A: Onze Vader, die in de hemel zijt,
Uw Naam worde geheiligd
Uw Rijk kome
Uw Wil geschiede, zoals in de hemel zo ook op aarde.
Geef ons heden ons dagelijks brood
en vergeef ons onze schulden,
zoals wij vergeven onze schuldenaren
en leid ons niet in verzoeking
maar verlos ons van het kwade!



Slotlied
: 416 - We zingen het elkaar toe: Ga met God, en Hij zal met je zijn... 


(Na de zegen, zingen we, in plaats van het ‘Amen’:  lied 425)

Zegen
:
De gemeenschap met God,
met alle Heiligen en met elkaar
wil Uw harten en gedachten vullen,
Uw doen en laten,
Uw bidden en danken.
Van nu aan tot in alle eeuwigheid.
† Zo zegent U de Aanwezige,
De Vader, de Zoon, de Heilige Geest
Amen

lied 425 Vervuld van Uw zegen gaan wij onze wegen..

Orgelspel
bewerking Lied 416 van E. van Meurs
Ga met God en Hij zal met je zijn…