Voor eerdere diensten klik hier:

Zondag 7 na Trinitatis 23 juli 2023 Lutherse Kerk Utrecht-Zeist locatie Hamburgerstraat Utrecht

Organist:  Wibren Wibren Jonkers
Voorzanger: Martijn Smit
Ambtsdrager / lector: Jan-Pieter van Waasbergen
Koster: Willie van der Merwe

...

Voorbereiding

stilte

Klokgelui

Orgelspel: Liebster Jesu, wir sind hier - J.C. Kittel

Ingangslied 

Ik heb U lief, mijn Heer en God,
Uzelf wilt mij beminnen!
Ik kom tot U, want U roept mij:
een vogel die de winter
niet afwacht, maar verlangt naar huis -
zou ik uw zon verliezen,
op slag zou ik bevriezen!

Ik heb U lief, mijn Heer en God,
met hart en ziel en zinnen;
de wintervorst maakt veel kapot -
U roept uw pelgrims binnen!
De vreemdste vogels komen thuis -
mijzelf zou ik verliezen
zou U de weg niet kiezen!

tekst: André F. Troost   melodie: Waldemar Åhlén

Lieve Gemeente, hier en via internet met ons verbonden…
Wij zijn hier aanwezig in de Naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest.      
Amen

Onze Hulp is in de Naam van de Heer   
die hemel en aarde gemaakt heeft.
Die trouw houdt tot in eeuwigheid
en niet loslaat het werk van Zijn handen.

Gebed van toenadering
Goede God, Wij staan voor U met lege handen,
met gebroken harten,
als wij denken aan deze wereld, en aan onze rol daarin.
Maar wij vertrouwen op Uw Woord,
en vragen daarom, ondanks ons tekort schieten:

Heer, vergeef ons al wat wij misdeden,
en opdat wij weer in vrede leven.
Amen.

Zo lief had God deze wereld, dat Hij Zijn enige Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft aan het verderf ontkomt, en eeuwig leven mag hebben.

In die liefde willen we elkaar begroeten en de vrede van Christus wensen, of bijv. ‘vrede en alle goeds’.     
Ik geef zelf nog geen handen, maar u kunt daarin uw eigen wegen vinden.

Introïtus
Voorzang: antifoon

Gemeente: Psalm 47: 1-3 gezongen + antifoon

Kyrië en Gloria
Laten we de Heer aanroepen om ontferming met de nood van deze wereld, - die is groot -
maar laten wij dan ook Zijn Naam prijzen,
omdat er aan Zijn barmhartigheid geen einde komt!




Z
ondagsgebed:
Hemelse Vader, U zij lof en eer, vandaag in dit uur, maar ook in al ons doen en laten, alle dagen van ons leven.
Wil ons daartoe leiden in alles wat ons
bezighoudt,
op dat wij leven in de Geest van Jezus Christus, onze Heer, die met U en Uw Heilige Geest leeft en regeert, nu en tot in eeuwigheid.
Amen.

Lezing uit het Oude Testament: Jesaja 40: 12-25
(Jan-Pieter)
Dit hoofdstuk begint met de belofte dat de verlossing uit de ballingschap kómt.
In deze lezing wordt Gods grootheid afgezet tegen de nietigheid van de mens.
Niet om de mens onder tafel te vegen, maar om Gods volk in ballingschap moed te geven: Hun God is onvergelijkbaar met al het geschapene. Daar mogen ze zich aan optrekken, en zo mogen ze vertrouwen hebben in de boodschappen die van de Heilige komen. Want zeg nu zelf:
12 Wie meet de wateren in de kom van Zijn hand,
en wie meet de hemel àf tussen duim en pink?
Voor wie gaat al het stof der aarde in een zak,
en wie weegt met een unster de bergen,
met een weegschaal de heuvels?  
(zo groot is God – daar kan geen mens aan tippen, want:)
13 Wie overweegt Gods Geest,     
of maakt als mens Gods bedoeling bekend?
14 Wie is Zijn raadsman en (wie)
onderwijst Hem?
of geeft Hem les op het pad van het recht...
wie geeft Hem les in diepe begrippen,
maakt Hem een weg naar wijze woorden bekend?

15 Kijk! Volkeren zijn als een drup in een emmer,
ze worden gezien als stof op een weegschaal...
Kijk! Eilanden pakt men óp, alsof ze fijn stof zijn...
16 De Libanon is nog niet genoeg om een
vuurtje te stoken,
en wat daar aan wild leeft is niet genoeg voor een offer.
17 Alle volkeren zijn voor Hem minder dan niets,
Hij vindt ze maar waardeloos.

18 Met wie wil je Gód vergelijken,
of wat voor model zet je op voor Hem?
19 Een beeld soms dat beeldhouwers gieten?
of (een beeld) dat de goudsmid klopt uit goud
met zuiver zilveren ketenen?
20 Voor een wijgeschenk neem je geen zwak hout,
maar hout dat niet rot is.      
Een kundig beeldhouwer kiest men zich uit,
waardoor een beeld blijft stáán, en niet gaat wiebelen.
21 Dat weten jullie toch vast wel!
Dat hebben jullie vast gehoord!     
Dat is jullie vanaf het begin vast meegedeeld...    
Dat hebben jullie vast begrepen van de pijlers waarop de aarde rust.

22 Hij die woont boven het wereldrond,       
(en wie daaróp wonen zijn als sprinkhanen)
Hij die als een dunne stof de hemel uitspreidt     
en die uitrekt als een tent om in te wonen...
23 Hij die prinsen tot niets terugbrengt,       
heersers der aarde waardeloos maakt...
24 – ze kunnen zelfs niets planten,       
ze kunnen zelfs niets zaaien, 
ze kunnen zelfs geen boomstam doen wortelen in de grond, -       
en ook: als Hij op hen blaast verwelken ze,
een storm tilt ze op als kaf.

25 “Met wie wil je Mij dan vergelijken, met wie kun je Mij gelijk stellen?” vraagt de Heilige!

Woord van de Heer.
A: Wij danken God.

Gradualelied: 825: 1 A, 2 V, 3 A De wereld is van Hem vervuld…



Epistellezing: Romeinen 8: 18-25
Paulus spreekt over het leven in de Geest waardoor wij kinderen van God zijn, en dan ook erfgenamen, en mede-erfgenamen met Christus. Immers: indien wij delen in Zijn lijden, is dat om ook te delen in Zijn verheerlijking. Hij gaat verder (en schrijft):

18. Ik ben toch van mening dat de dingen die we nu in deze tijd te lijden hebben, niet opwegen tegen de toekomstige heerlijkheid die ons onthuld is.
19. Immers, de gespannen verwachting van de Schepping is gericht op het openlijk bekend worden van Gods zonen (en dochters)…
20. Want de Schepping is ondergeschikt geraakt aan de dwaalleer, niet vrijwillig, maar door toedoen van Hem die haar ondergeschikt maakte, in de hoop
21. dat ook de Schepping zelf bevrijd zal worden van de verslaving aan sterfelijk verval, (bevrijd) tot de (zelfde) vrijheid (als die) van Gods
kinderen.
22. Want we weten dat heel de Schepping tot nu toe gezamenlijk kreunt en gezamenlijk in nood is…
23. Maar dàt niet alleen, daarenboven zijn zij, die als eersten deel hebben aan de Geest, zij en wij (samen) die snakken naar
adoptie, (naar het zoonschap) kreunend aan het wachten op het vrijkopen van ons lichaam.
24. Want de hoop is onze redding. Maar als je
zíét waar je op hoopt, dan is het geen hoop.    
Want wat je
ziet, daar hoop je niet meer op.
25. Maar als we hopen op wat we
níét zien, verwachten we het in volhardingWoord van de Heer.
A.: Wij danken God.

Zondagslied Lied 899 = 403 1-2 A, 3 V, 4 A
Wat mijn God wil, geschiede altijd

Het Heilig Evangelie staat geschreven bij: Mattheus 13: 24-35
Allen gaan staan
Halleluja. 1. Voorzang 2. Allen

24. Nog een ander voorbeeld gaf Hij ze, en Hij vertelde:
Het Koninkrijk der Hemelen is te vergelijken met een mens die goed zaad zaaide op zijn akker...

25. Maar toen de mensen sliepen kwam zijn vijand, en die zaaide er raaigras bij, midden tussen het koren, en wég ging hij. [1]
26. Maar toen de kiemplanten groeiden en al vrucht zetten, toen kwam ook het raaigras aan de dag.
27 Toen de
knechten naar de heer des huizes toekwamen, zeiden ze tegen hem: ‘Heer, hebt U geen goed zaaigoed gezaaid in Uw akker? 
Hoe komen we nu aan
raaigras?’
28 Hij echter zei tegen ze: “Een vijandig mens heeft dat gedaan.”

Maar de knechten zeiden tegen hem:
‘Wilt U dat we het nu bij elkaar gaan halen?’
29 Maar
hij zegt: “Nee, anders zou je misschien bij het binnenhalen van het raaigras tegelijk daarmee het koren met wortel en al uittrekken.
30 Laat ze allebei maar samen
opgroeien, tot aan de oogst. 
En op het moment van de oogst zal ik tegen de oogsters
zeggen:
‘Haal eerst het
raaigras binnen, en bind het in bundels om het te verbranden, maar breng het koren binnen in mijn korenschuur’.”

31 – 36
31 Nog een andere gelijkenis legde Hij ze voor:
Het Koninkrijk der Hemelen is als een korrel mosterd, die iemand nam en in zijn akker zaaide.
32 Nu is het wel kleiner dan alle zaden, maar als het
volgroeid is, is het groter dan de groenten en wordt het een boom, zodat de vogels van de hemel in zijn takken komen overnachten”.

33 Nog een àndere gelijkenis vertelde
Hij hen…
Het Koninkrijk der Hemelen is zoals zuurdesem, dat een vrouw nam en wegstopte in drie zakken meel, zodat het uiteindelijk helemaal doortrokken was met zuurdesem.”
Tot hiertoe deze lezing.
Zalig die het woord van God horen en er gehoor aan geven!


[1] Raaigras (Lolium) is een geslacht dat behoort tot de grassenfamilie (Poaceae). Het geslacht komt voornamelijk voor in Eurazië. Sommige soorten worden beschouwd als onkruid, die een fors nadelige invloed kunnen hebben op de productie van tarwe en andere granen. Sommige soorten worden gebruikt als gazongras. Engels en Italiaans raaigras wordt ingezaaid als voedergras. Het pollen van raaigras is een van de belangrijkste veroorzakers van hooikoorts. Het stuifmeel wordt verspreid door de wind.

 

Credo: In antwoord op Gods Woord belijden wij ons geloof en zeggen:
Ik geloof in God,
       die wilde dat de wereld goed was,
       die mensen en dieren maakte,
       planten en bomen,
       vogels en vissen,    en er van hield.

Ik geloof in God,
       die als een vader zorgen wil,
       die als een moeder ons omringt.


Ik geloof in Jezus -
       in wie Gods Liefde mens werd,
               om ons lot te delen
               ons leven, onze dood,
       die dwars door alles heen
       vast hield aan Zijn Vader -
en angst en dood overwon -
stervend aan het kruis.

Hij ging door de hel,
maar stond óp tot nieuw leven:
       de derde dag.

Ik geloof in de Geest
die Jezus ons zond,
       om ons dichter dan ooit
       bij God te doen zijn.
       Zij bidt en zingt en dankt in ons;
       geeft ons nieuw leven,
in eeuwigheid.

Daarom durven wij geloven
in goedheid, gerechtigheid, trouw....
... in Liefde en toekomst
zelfs voorbij de dood....
... in een kerk, waar mensen zijn
       als één lichaam, dat bestuurd wordt
               door Jezus, ons Hoofd....
... in één doop, die mensen nieuw maakt...
... in vergeving, in genade en hoop -
voor gewone mensen zoals wij.
Amen.

Allen gaan zitten.



Verkondiging

Genade zij u en vrede van God onze Vader en van Jezus Christus, onze Heer, door de Heilige Geest.

Lieve Gemeente,

Lieve mensen hier en nu en elders, en misschien ook wel later
Het is toch bijzonder dat wij, - omdat onze kerkenraad er voor
gekozen heeft om, ook ná de acute coronacrisis, deze diensten via internet te blijven uitzenden, -  met elkaar op deze manier verbonden zijn, ondanks de afstand in tijd en ruimte!
Wie had dat 30 jaar geleden kunnen bedenken?

Jammer genoeg zijn veel gemeenten gestopt met de virtuele diensten toen de ergste gevaren voorbij leken te zijn, want gratis is het niet!
Niet voor onze kerkrentmeesters, en ook niet voor degenen die de uitzending aanklikken op YouTube, of die – voor hun gevoel zomaar op het scherm krijgen.
Daar is wel iets aan voorafgegaan.  Minstens een klik.

We zien u ook langs deze weg graag.
Maar, al staat u er niet bij stil, u betaalt wel een beetje.

Electriciteit, een internet abonnement, uw belbundel.
Ach, dat zijn die kleine dingen, die je niet meer opvallen na verloop van tijd. Het gaat ongemerkt. Het zijn sluipende kosten.
Maar het maakt wel iets mogelijk, waarover je je af en toe kunt verwonderen.
Bid, dank en bewonder… u kent dat programma vast wel! (Zondagmorgen op Ned. 2)
We hebben redenen te over om te danken, want ons leven is verrassend vol met bijzondere dingen die mogelijk zijn in onze wereld!
Er zijn zoveel mooie, en elders ondenkbare dingen.

Maar helaas, er is ook veel reden om te bidden, want er gebeuren nu dingen die we in onze jeugd zelfs in onze stoutste dromen niet hadden kunnen bedenken. Hoogstens in Science Fiction boekjes.
We horen zelfs over precisiebombardementen die op gróte afstand
huizen, kerken, voorraadschuren met graan raken, graan dat de honger zou moeten stillen van duizenden mensen een halve wereld verderop, granaten en drones die boeren, burgers, ouderen en kinderen aanvallen… en ja, ook militairen. Er is véél mogelijk waar we met reden bang voor kunnen zijn. En hoe we ons daartegen moeten wapenen, dat weten we niet. Dus ja, wij hebben redenen om te bidden tot de Enige die hier boven staat! 4

Ik ga even terug naar de slachtoffers die zoveel eeuwen geleden door de bezetters van hun land waren meegesleept naar Babylonië; zij konden zich ook niet goed voorstellen hoe het verder zou kunnen gaan.

Ze maken zich zorgen, ze zijn bang.

Er gaat een profeet rond, die probeert hen een hart onder de riem te steken. [1]
Maar hóe dan? Zelfs als hij gelijk heeft, en de God van hun voorouders hen niet in de steek heeft gelaten, en zelfs als Hij inderdaad niet aan land en tijd gebonden is, niet
beperkt is tot het land en de stad waar ze vandaan zijn gehaald, als Hij zelfs hier in Babylon kan redden… hóé dan? Ze kunnen zich er niets bij voorstellen.

Ze kunnen hoogstens hopen, zich wanhopig vastklampen aan een restje hoop dat het ooit, hoe dan ook, nog goed zal komen. Ze hebben er geen beeld bij…
Zal Michaël met al de engelen van de Hemelse legermacht verschijnen, en voor hen vechten met het leger van de veroveraar?

Zo’n gekke gedachte is dat niet, want ik weet zeker dat nu in Oekraïne die gedachte wordt gekoesterd in menig gelovig hart, ja, ik zag deze week zelfs een moderne icoon van Maria in een geel en blauw geschilderd harnas als voorvechtster van de troepen. Tja!

Wij denken in de kerk dan eerder aan de Aanwezige… die, Zelf of via Zijn engelen en aartsengelen, voor ons opkomt. Dat is tenminste bekend terrein.
‘Kom, laten wij jubelen voor de Heer, juichen voor onze rots, onze redding!’
Psalm 95
Martijn zong het straks voor ons.
Het is heel waarschijnlijk dat de
ballingen op vreemde grond die psalm kenden en zongen, en er hoop en kracht in vonden.
Zoals velen in de christelijke gemeente in
Rome die psalm misschien ook wel kenden en zongen, of… fluisterden. (Tegenwoordig zijn er in Azië gemeenten, gelovingen, die de Naam en de lofzang alleen fluisterend durven te uiten!)
Zowel de gelovigen Joden in de ballingschap als de gelovige leden van de jonge Christelijke gemeente, leven in moeilijke tijden. Ze moeten het hebben van de hoop om overeind te blijven.
Maar ze staan daar wel op een heel verschillende manier in.

“Met wie wil je Mij dan vergelijken, met wie kun je Mij gelijk stellen?” vraagt de Hoog-heilige op hoge toon aan Zijn volk in ballingschap.
Hij
is degene die de Macht heeft, die hun leven kan veranderen, àls Hij dat wil. Àls zij gehoorzamen.

Maar de gemeente in Rome heeft een heel andere verhouding tot hun Heer en Schepper. Door Jezus.
Door
Gods Zoon die van alle macht heeft afgezien, en die met lege handen – met vastgespijkerde handen – vocht tegen het kwaad in de wereld, en het zo, in liefde, overwón.

Hij noemde ons Zijn zusters en Zijn broeders.
Toen ik in 1964 of 1965 de film van Passolini over
Jezus zag, was wat me het mééste trof het feit dat Jezus telkens zei: Fratelli! Broers! Passolini heeft in het Evangelie van Mattheüs goed gezien, dat Jezus op voet van gelijkheid omging met de mensen om Hem heen. Fratelli! Broers!
Of
Jezus in de film ook zei:Sorelle’ - zussen, dat herinner ik me niet. U misschien wel, dan hoor ik het graag nog eens.  ?
Jezus, die met mensen omging als met familie, (maar dan wel: familie via onze God en Vader in de Hemel), vertelde graag verhalen over de Schepper van Hemel en aarde, maar dan zó, dat Die deel uitmaakt van onze dagelijkse leefwereld.
Want dat wílde
Jezus graag: dat Zijn Vader in de Hemel, op dezelfde intieme manier deel zou uitmaken van ons leven als Hij was en is van dat van Jezus!
Daar had
Hij Zijn leven voor over!
En àls wij op
Zijn manier deel zijn van de familie van God, ja, dàn zijn we mede-erfgenamen… Zussen en broers van Jezus.
Dan zijn we prinsen en prinsessen in het Koninkrijk Gods. Straks.

Maar nu kan het nog zijn dat we snakken naar de verlossing van ons bestaan in deze wereld, in dit lichaam. Het is niet alleen maar Halleluja. Het is ook: Hosanna.
Dat betekent: Ontferm U toch.

Ja, ons bestaan hier heeft alles te maken met de verlossing van de wereld, die er niet best aan toe is.
Die er nog veel slechter aan toe is dan in de dagen van
Jezus, van Petrus
En toch… Als we
volharden in geloof en hoop kàn het allemaal goed komen, schrijft Petrus.
Klimaat,
veiligheid, we hebben het zelf in handen.
In elk geval voor een belangrijk deel. Onze keuzes!

Jezus geeft ons de handvatten voor dat volharden, voor dat geloof, voor die hoop…voor het doen!
Hij toont ons een Heer in de Hemel die ook Aanwezig is in de kleine dingen van ons leven.
Wat wij nodig hebben, is aandacht en
voorzichtige omgang met mensen en de schepping. Is liefde.

De kleinste dingen doen er toe.
Een mosterdzaadje kan een grote
boom worden, waar vogels zich veilig genoeg kunnen voelen om er te gaan slapen. Zo moet het worden.

Maar dàt verhaal is wel ingebed tussen twee àndere gelijkenissen. Twee verhalen die ons waarschuwen.

In onze wereld zijn er mensen die anderen kwaad willen doen!
In een wereld vol
Fake Nieuws is dat weer heel acteel. Dat raaigras uit de gelijkenis doet me daar aan denken. Het lijkt sprekend op de gezonde tarwe, waar we ons leven mee mogen voeden.
Maar als je niet heel goed uitkijkt, krijg je veel narigheid.

Zo gaat het ook met al die verhalen die mensen elkaar vertellen, en die we zo makkelijk, zonder te controleren of het waar is, geloven. (En doorvertellen).      
Als Putin zijn volk vertelt dat Kiev wordt geregeerd door Nazi’s, en dat hij de man is om daar orde op zaken te stellen, zodat alle Russen weer als één volk samen trots op de oude erfenis mogen zijn, dan zijn er miljoenen die zeggen: ‘Goed, zeg! We doen mee!’ Dat spreekt aan.
Kiev is de stad van waaruit door twee heiligen (Cyrillus en Methodius) het huidige Rusland is gesticht, en daarmee is het een soort God, Nederland en Oranje. Vandaar die steun voor het ingrijpen in Oekraïne.
Toen hier in Nederland na de oorlog jonge mensen werden opgeroepen om in Indonesië
orde op zaken te stellen, was daar veel enthousiasme voor. Men wilde helpen. Pas nu zegt men: De mensen daar hadden recht op onafhankelijkheid, zelfs als dat betekent dat er fouten werden gemaakt.

Tegenwoordig horen we hier verhalen dat we worden geregeerd door vermomde slangmensen en andere reptielen, die een complot hebben gesmeed om ons onder de duim te houden. Verhalen, die zelfs worden verteld door mensen die in onze Tweede Kamer zitten.
Dat soort complottheorieën is sluipend gif.
Mensen die zich achtergesteld voelen door de Overheid, op wat voor manier dan ook, horen die graag. Want daardoor krijgen ze gelijk. Daardoor ligt het niet aan henzelf of aan hun familie als het slecht met ze gaat.
Over dat soort sluipend gif gaat het in
Jezus’ derde gelijkenis… Dat zit zo:
U weet vast wel dat vóórdat het
Joodse volk de Paasmaaltijd kan vieren, de bevrijding uit Slavernij, alle gist, alle zuurdesem, weggedaan moet worden, tot de laatste kruimel toe. Want zelfs een klein beetje kan maken dat meel gaat rijzen, en dan is het niet meer geschikt om er matses van te maken. En Matses horen bij het Feest, horen bij de Aanwezige.
Jezus roept ons met dit verhaal op om heel aandachtig te leven.
Om in alles wat we
doen en laten de Heer in de Hemel te betrekken.
Pas dàn kan
Hij ons aannemen als kinderen op voet van gelijkheid met Jezus, dàn kunnen we echt zussen en broers van Jezus zijn.

Het leven van koningskinderen is niet makkelijk, kijk maar naar Amalia, (we moeten wel veel voor haar bidden), maar wij hebben als Koningskinderen allemaal de opdracht om goed te zorgen voor onze wereld, én voor de mensen en dieren daarin.

De Geest van God, de Geest die Jezus bezielde, zal ons daarbij helpen.
Als we
volhouden mogen we uitzien naar een Toekomst waar we bij de Aanwezige aan tafel zitten.
Sorelle, fratelli, heb lief, heb geduld, doe goed!
Amen


[1] De uitdrukking is ontleend aan het soldatenleven. Het hart is het symbool van moed, een soldaat die geen hart onder de riem (die schuin van de schouder over de borst loopt) had, was laf. (Ik moest dat toch zelf even opzoeken, en dat wilde ik wel met u delen.)  

...

Muziek Improvisatie

Dienst van gaven en gebeden

Afkondigingen


Alles wat wij hebben, hebben wij van God gekregen, om door te geven, om te delen met velen, en er zo dubbel van te genieten.

Ook nu en hier kunnen we gestalte geven aan dat delen: in de collecte.
Na het gebed over de gaven zingen we: lied 735

Collecte
1. Voor het werk in de eigen gemeente
2. Voor: Lutherse kerkmuziek… 
Intussen: Improvisatie

Gebed over de gaven
Heer God, wat wij hebben verdiend, wat wij hebben gekregen, het is alles uit Uw genade.
Daarom kunt U er over beschikken, zoals U kunt beschikken over onze tijd, liefde en aandacht. Wij geven die met liefde aan U en anderen.
Wijs ons in dit alles de juiste weg.
Om Jezus’ wil. Amen.

Lied 735


Voorbeden
Laten we danken en bidden:
Grote, machtige, Hoog-Heilige Heer, Schepper van Hemel en aarde, dank U dat we mogen weten dat U sterker bent dan alles wat ons bang maakt.
Vaak is dat niet genoeg om ons gerust te stellen. Vergeef ons dat alstUblieft. We willen de dingen graag zelf oplossen, maar tegelijk weten we dat we dat meestal niet kunnen. In onze zwakte vragen we U om hulp.
Zo bidden we: (lied 367d)

Heer, Vader in de Hemel, dank U voor Jezus, voor de Geest, voor alle goede dingen die U ons geeft.
Wij voelen ons vereerd én wij voelen ons verward met onze rol in deze wereld. Wilt U ons leren om beter voor deze wereld en heel Uw schepping te zorgen?
Open onze ogen en ons hart, leer ons met aandacht en liefde door de wereld, door Uw wereld te gaan.
Zo bidden we: (lied 367d)

Goede God, dank U wel dat U zo in ons gelooft, dat U verwacht en vertrouwt dat wij het goede kunnen en willen doen. Wij danken U dat wij hier in vrijheid ons geloof mogen beleven, en wij bidden U voor de vervolgde Christenen, waar ook ter wereld.
Vergeef ons als wij in onze domheid anderen vóór willen schrijven wat en hoe ze moeten geloven, als wij anderen de ruimte niet willen schenken, die we voor onszelf opeisen. Wij bidden
deze Prideweken voor al Uw Regenboogkinderen, (lhbtiq+) waar en hoe dan ook. Én voor alle regeringen en machthebbers in kerk en maatschappij die hen weg willen werken uit Uw diverse en kleurrijke Schepping.  
Met schaamte bidden we: (lied 367d)

God van Macht en Liefde die voor onmacht koos…
Wij bidden U voor Oekraïne, voor land en volk, voor de regering en voor de dappere strijders.
Help ons voor hen te bidden en te doen wat past bij Uw wil, wat goed is voor hen en voor deze wereld.
Om vrede bidden we U, maar ook om vergeving voor het zinloze geweld tegen de mensen, de huizen, de akkers, die bezaaid zijn met explosieven. We bidden voor allen die honger lijden door ons doen en laten…
Daarom bidden we ook voor alle mensen die goed en kwaad met elkaar verwarren.
Voor alle mensen met macht en gezag, in grote en kleine dingen, in de wereld en hier in kleine kring.
Kom met Uw Heilige Geest ons verstand en ons hart verlichten, opdat vrede en herstel hier begint, bij onszelf. Zo bidden we: (lied 367d)

In de stilte van dit huis, van deze stad, van dit moment bidden we U, en vragen we Uw Geest om ons hart te openen voor U, zodat U ziet wat daarin huist, en zodat wij horen wat U ons te zeggen hebt….
(Amalia en …)
Zo bidden we: (lied 367d)

Om Jezus die het ons leerde zeggen we samen met heel ons hart:

Onze Vader, die in de hemelen zijt,
Uw Naam worde geheiligd, Uw Rijk kome.
Uw Wil geschiede, gelijk in de hemel, zo ook op aarde;
geef ons heden ons dagelijks brood;
en vergeef ons onze schulden,
gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren;
en leid ons niet in verzoeking.
maar verlos ons van het kwade.


Ons slotlied is:  lied 961 en dat herhalen we na de zegen!


Zegen

De gemeenschap met God,
met alle Heiligen en met elkaar
wil Uw harten en gedachten vullen,
Uw doen en laten,
Uw bidden en danken.
Van nu aan tot in alle eeuwigheid.
† Zo zegent u de Vader, de Zoon, de Heilige Geest.
Amen

lied 961


Orgelspel Allabreve D-Dur (BWV 589) - J.S. Bach

En toen was er koffie!